donderdag 17 november 2011

Eten en drinken bij de Romeinen


Varkensuiers gevuld met zee-egels? Gefrituurde vetgemeste slakken in wijnsausje? Gebraden relmuizen opgevuld met varkensworst? Krijgen jullie al trek?
Op de 8e Montessorischool doen kinderen  uit groep 7/8 onder leiding van de tweedejaars UPvA-studenten Marlieke  Mols en Maaike van Lieren onderzoek naar de eet- en drinkgewoontes van de Romeinen.
In tweetallen hebben de kinderen onderzoeksvragen bedacht,  zoals “Hoe bewaarden de Romeinen hun voedsel?”, “Gebruikten ze borden en bestek”, “Hoe bereiden ze het voedsel”, “Hoe vaak per dag aten ze”, “Waren Romeinen dik”, “Hoe kwamen ze aan hun voedsel”……………
De komende weken verzamelen de kinderen informatie over hun onderwerp. Ook komt er een archeoloog in de klas aan wie de kinderen vragen kunnen stellen. De bedoeling is dat de kinderen een artikel schrijven over hun onderzoeksresultaat. Marlieke en Maaike leggen de ontwikkelingen vast met beeld en geluid.
In de laatste les gaan de kinderen gerechten maken uit de Romeinse Tijd. En in stijl opeten, liggend op de rechterzij.  Een toetje als dadels gevuld met in honing gebakken pijnboompitten zie ik wel zitten……

Anke van der Veen

Opleider In School W&T

zaterdag 12 november 2011

Succesvol opgeleid tot nieuwe collega’s!

Maryam Azdad, Stepahnie Boezaart en Mijanou Selen zijn alle drie opgeleid door STAIJ en hebben nu een baan op de J.P. Coenschool.
Mijanou staat voor groep 8 samen met een ervaren collega, Stephanie heeft een groep 3 en Maryam staat voor twee groepen 5, in beide groepen twee dagen. 

Maryam:
Ik ben deels opgeleid op andere opleidingsscholen en merkte een groot verschil. Bij STAIJ voelde ik me meteen gezien, tijdens de LIO-stage werd ik erkend als volwaardige collega, ik ben uitgenodigd om te laten zien wat ik allemaal in mijn mars heb. De begeleiding door Olga  en Jannie was positief, opbouwend en motiverend. De coaching lessen tijdens mijn studie waren goed: samen ervaringen delen, opdrachten doen en samen kunnen groeien. 
Ik ben erg blij met mijn baan op de J.P. Coenschool. Ik bezoek de bijeenkomsten “intervisie voor startende leerkrachten”. Ik weet nog niet precies of ik daar veel aan heb. Ik kan op mijn eigen school alles halen wat ik nodig heb.

Stephanie:
Ik ben vanaf mijn derde jaar op de Pabo aangesloten bij Staij. Tijdens deze periode kreeg ik een goede begeleiding op mijn stage. De begeleiders waren betrokken en ik kon altijd bij de begeleiders terecht als er iets aan de hand was. De lessen coaching en profilering sloten bij mijn stage aan. Hierin werden vaak dingen besproken die je veel op je stage tegenkomt. Ervaring delen was een belangrijk punt tijdens deze bijeenkomsten. 
Afgelopen september ben ik afgestudeerd en ik kon meteen aan het werk op de JP Coenschool. Hier heb ik ook vorig schooljaar mijn Lio-stage afgerond. De JP Coenschool is voor mij een school waar ik veel kan leren. De studiedagen leren mij veel over hoe ik professioneel kan omgaan met de school, kinderen en ouders.
Ook ik volg de intervisie voor startende leerkrachten. Hierbij kan ik mijn ervaring delen met andere startende leerkrachten. Ik krijg ideeën en suggesties hoe ik met bepaalde situaties kan omgaan in de klas.
Kortom: het werken in een stichting zoals Staij is motiverend. Ik word als startende leerkracht begeleid, gemotiveerd en ik kan mij ontwikkelen tot een goede juf.

Jannie Tuin 
 

 

maandag 17 oktober 2011

Waar houden de pabostudenten uit jaar 2 en 3 zich komend semester mee bezig?

Inmiddels zijn de tweede- en derdejaarsstudenten een paar weken bezig met het thema; “Zicht op leren en ontwikkelen”. Zij hebben zich gebogen over de vraag: Wat is eigenlijk het verschil tussen leren en ontwikkelen? Vervolgens hebben zij hun eigen leren en ontwikkeling (letterlijk) in kaart gebracht. Daarna kwamen binnen dit hoofdthema subthema’s aan bod:
·         Betrokkenheid en motivatie, waarbij zij aan de lijve hebben ondervonden aan de hand van chocolade hoe ze de betrokkenheid kunnen beïnvloeden.
·         Opbrengstgericht werken; dit thema wat speelt op veel scholen is onder de aandacht gebracht van studenten.
·         Leerlijnen en referentiekaders van rekenen en taal: wat zijn de nieuwste richtlijnen en wat zijn eigenlijk referentiekaders?
·         Leerstijlen; welke leerstijlen zijn er volgens Vermunt? Welke leerstijl heb ik? Hoe spelen leerstijlen een rol in het onderwijs?
Vervolgens hebben zij zichzelf afgevraagd; welk onderzoekje wil ik doen? De studenten hebben allen een plan van aanpak hiervoor gemaakt. Hieronder een aantal voorbeelden van hoofdvragen:
 Op welke wijze hebben de energizers invloed op de werkhouding van de kinderen uit mijn stageklas en zijn er verschillen met de resultaten uit de klas van L?

Hoe kan ik rekenzwakke leerlingen motiveren om te gaan rekenen  ondanks dat zij er niet van houden?  

Hoe kan de leerkracht dans en drama gebruiken om de leerlingen van groep 6 hoger te laten scoren in het taalonderwijs?


Jeantine

In volle vaart, met enthousiasme

Het tweede UpvA collegejaar is nu alweer enige tijd in volle gang en dat is te merken! We hebben nieuwe studenten en een paar ‘blijvers’ van vorig jaar die ervoor hebben gekozen opnieuw een stage op één van de STAIJ scholen te lopen. Twee groepen (1e en 2e jaars) vol met enthousiaste studenten. Dit keer ook een paar meesters in spé.
Het is wel even wennen dat ‘STAIJ gebeuren’: zoveel interactie en eigen inbreng is niet iedereen gewend, maar geinspireerd raken de studenten al snel. In de producten is dat te merken. De eerste jaars zijn al een heel end met hun literatuuronderzoeken en de tweede jaars hebben alweer bijna een complete lessenserie onderzoekend leren klaar liggen om te gaan testen in de praktijk. Daar komt een wetenschappelijke benadering bij want ze gaan hun lessenserie ook evalueren aan de hand van van te voren opgestelde doelen. Vol bewondering luisteren de eerste jaars naar de presentaties van deze plannen en ziedaar een echte opleiding ontstaan waarbinnen iedereen van elkaar leert en zich laat prikkelen tot meer ideeën.
            Ik luister en kijk er met STAIJ-trots naar. Onze studenten hebben bij hun presentatie uiteraard ook kijkersvraag en schromen niet om met elkaar mee te denken. Dan zie je dat de vorm van onderwijzen zijn vruchten afwerpt. Achter de schermen blijft het vergaderen en bijstellen voor deinstituutsopleiders en opleiders in de school. Universitaire Leraren Praktijken van vorig jaar zijn verbeterd en de nieuwe ULP’s voor de tweedejaars zijn in volle ontwikkeling (‘waarom presentaties, zullen we ze niet laten speeddaten’). Al met al hebben we er weer zin in!

Francine

dinsdag 11 oktober 2011

Modellen, meningen en metaforen….

Alle studenten bij STAIJ hebben nu kennisgemaakt met ons, hun mentoren en zijn gestart in hun stageklassen. Hierbij even de stand van zaken bij onze UPvA-studenten. De 1e jaars UPvA-studenten zijn druk bezig met hun literatuuronderzoek n.a.v. een interview op hun eigen stageschool. Ook hebben ze een “Workshopcarrousel “ gehad over werkvormen en leeractiviteiten.  De 2e jaars UPvA-studenten ontwerpen geïnspireerd door wetenschappers van de UvA op onze vindplaatstschool  de 8e Montessori opnieuw een  lessencyclus W&T volgens de didactiek van het ontwerpend en onderzoekend leren. Zij zullen daarbij een passend  evaluatie-instrument moeten ontwerpen. Tijdens het terugkoppelen van de stage-ervaringen hebben we overeenkomsten en verschillen geïnventariseerd m.b.v. een Venn-diagram  en  een matrix en metaforen bedacht.  Het bedenken van metaforen is nl.  ook een manier om gedachten te ordenen en uit te wisselen. De ontwerpen  en onderzoeken zullen  t.z.t. gekoppeld worden aan ons Blog.  Hieronder enkele metaforen.
Groeten van Olga Roos (Academische opleider in school)


Een 1e jaars Upva- student is een schildpad.

Een 1e jaars UPvA-student is een vogel.

Mijn nieuwe stageklas is een museum.

Een 1e jaars Upva-student is een stekkie


 

Een 1e jaars UPvA -student is een spons.

Mijn nieuwe stageklas is een dierentuin.

Mijn nieuwe stageklas is een warm bad.

Mijn nieuwe stageklas is
een marmeren trap.

maandag 11 juli 2011

De opleidingsschool in beeld

Samen met Scholieren-tv hebben we een prachtig filmpje gemaakt over onze opleidingsschool.
Speciaal voor onze aankomende studenten die nu nog beter en bewuster kunnen kiezen voor de opleidingsschool STAIJ.

Willem Plomp
Hoofd opleidingen STAIJ

dinsdag 5 juli 2011

Upva-studenten evalueren het eerste jaar bij STAIJ

UPvA studenten evalueerden hun eerste jaar bij STAIJ

……  Verschillende werkvormen   Verwachtingen interessant   goede communicatie
meer concrete tips feedbackmogelijkheden     introducties planningen     Ambachtelijke intervisie
evalueren
leerzaam      vastigheid en rust Competentiematrix Intervisie inspiratie hulp bespreken stage-ervaringen    lesvoorbereidingsformulier    inbreng  studenten       Opleidingslokaal      sfeer
open en veilig  serieus  pas om 10 uur beginnen   …..



Olga Roos (Academische opleider in school)

woensdag 29 juni 2011

Leren van elkaar, met elkaar en door elkaar

Volgend schooljaar zijn er binnen de stichting 4 Staij-brede-scholingsmiddagen gepland:

Op de Staij-brede-scholingsmiddagen zullen experts vanuit de vindplaatsscholen, scholen en leerkrachten die iets moois te bieden hebben, externe partners met interessant scholingsaanbod en studenten vanuit onze opleidingsschool zich aan anderen presenteren. Kennis en ervaring die we binnen de scholen van STAIJ zelf opgebouwd hebben, komt beschikbaar voor alle leerkrachten van STAIJ. Het stafbureau zal de organisatie van de middagen gaan verzorgen. In de jaarroosters van de scholen worden daarom de volgende woensdagmiddagen vrij gehouden.

Woensdagmiddag 9 november 2011
Woensdagmiddag 1 februari 2012
Woensdagmiddag 11 april 2012
Woensdagmiddag 13 juni 2012

Locatie: verspreid over de scholen van STAIJ vinden verschillende activiteiten plaats.
Tijdstip: 14.00-17.00 uur.


Willem Plomp
Hoofd opleidingen STAIJ

dinsdag 28 juni 2011

Opleidingsteam STAIJ bedankt de scholen

Afgelopen week is op alle scholen een lekkere taart bezorgd. Een kleine blijk van onze grote waardering voor mentoren, stagecoördinatoren en directeuren die het mogelijk maken dat onze studenten zich kunnen ontpoppen tot bekwame leerkrachten.


Willem Plomp
Hoofd opleidingen STAIJ

donderdag 16 juni 2011

De plaatsingspuzzel


Ook dit jaar hebben we weer meer dan 90 studenten geplaatst op de 17 scholen die STAIJ rijk is, op naar volgend schooljaar, met dank aan de stagecoördinatoren.

Onlangs hebben we weer een stagecoördinatorenbijeenkomst georganiseerd. Een stagecoördinator is de schakel tussen de mentoren, studenten en opleiders.De stagecoördinator deelt de studenten in bij de mentoren en houdt meteen in de gaten waar deze student het tweede semester geplaatst kan worden.
De stagecoördinator bespreekt met de mentor hoe het met de studenten tijdens de stage gaat en helpt de mentoren herinneren aan het invullen van de formulieren. Ook studenten kunnen de stagecoördinatoren benaderen. Zij kunnen een vraag stellen over hun leertaak, een vraag voor een opdracht op school, een verzoek voor het tweede semester, een sollicitatie voor een LiO-plaats of om hulp te vragen om de stageperiode positief door te zetten in de betreffende stageklas.  

Wij, OIS-STAIJ, zijn de stagecoördinatoren dankbaar voor hun inzet. Wij vinden het fijn als we optimaal samenwerken waardoor we elkaar versterken. We ervaren dat we vertrouwd met elkaar raken wat ten goede komt aan de plaatsing van de studenten.

Door de verscheidenheid aan scholen binnen het bestuur is het interessant om verschillend soort onderwijs, verschillende mentoren en een andere samenstelling van klassen en kinderen te ervaren. Dat ervaren wij als de kracht van Samen tussen Amstel en IJ voor het aanbod voor de studenten.

Uiteraard hopen we dat de eerstejaars studenten kiezen om bij STAIJ te blijven. We hopen dat de derdejaars een LiO-plaats vinden binnen STAIJ en dat afstudeerders zich zo thuis voelen dat ze graag bij ons willen blijven werken.

Net zoals ik zelf in 1997 ervoor koos om op mijn huidige school te blijven werken..

Beike van den Eeden
Opleider in school STAIJ en stagecoördinator STAIJ
Leerkracht en stagecoördinator 4e Montessorischool De Pinksterbloem

dinsdag 31 mei 2011

Zahra en Khadija

Hieronder staat een filmpje van twee eerstejaars studenten. Zij vertellen over hun ervaring tijdens een introctiemiddag op de 4e Montessorischool. Zij staan voor de keus voor welke opleidingsschool zij willen kiezen.

http://www.youtube.com/my_videos?feature=mhee

Beike

woensdag 11 mei 2011

Onderzoeksmatig werken


Voor studenten wordt onderzoek doen en onderzoeksmatig kijken naar hun eigen handelen steeds belangrijker. Terecht kan de vraag gesteld worden; “Worden zij daar een betere leerkracht van?”. Wij zijn van mening dat dit wel het geval is. Door kritisch te kijken en systematisch te volgen kijk je als student inzicht in de gevolgen van bepaalde handelingen. Het gaat niet om ontwikkelen van nieuwe kennis, maar helpt bij het oplossen van praktische vraagstukken en verbeteren van de praktijk. Het maakt nieuwsgierig en werkt van binnenuit op een vraag van een student of leerkracht. 
Er wordt gewerkt met een hypothese vooraf (wat denk ik dat de uitslag wordt/ het antwoord op de gestelde vraag is). Daarna wordt er door middel van enquêtes, interviews, uitslagen van een leerlingvolgsysteem e.d. informatie verzameld en gekeken of het klopt met de eigen hypothese. Zo zijn er afgelopen half jaar studenten bezig geweest met het volgen van leerlingen op rekengebied; er werd gekeken welke CITOscore zij hadden in groep 2 (M2) en daarna welke score dezelfde kinderen hadden behaald in groep 6 (E6). 


De hypothese was: “Wij denken dat de uitslag van E6 rekenen hoger uitvalt omdat er in de tussenliggende jaren aan de verbeterpunten is gewerkt wat uit de uitslag van M2 ordenen is gekomen.
Wij denken dat er tussen regulier en Montessori weinig tot geen verschil zal zijn.” 
Natuurlijk hoeven deze studenten geen wetenschappelijk onderzoek te doen en zijn de conclusies erg voorzichtig gesteld. Maar de voorzichtige gevolgen van deze vergelijking is dat er een groot verschil is tussen de scholen.




Blauw:                        gelijk gebleven score
Groen:                         stijging in score
Rood:                          daling in score



Daarna proberen de studenten ook hiervoor mogelijke verklaringen te vinden.
“Onze theorie 
De leerlingen in het regulier onderwijs dalen volgens de resultaten met CITO omdat ze worden getraind in de vaardigheden die volgens CITO getoetst worden in de kleutergroep, maar worden niet voorbereid op de toetsen van hogere leerjaren omdat die gebaseerd zijn op getalbegrip. In het Montessori scoren de leerlingen in de kleutergroep minder hoog, omdat ze niet overwegend getraind worden op ordenen voor het CITO, maar ze stijgen of blijven gelijk omdat ze in de kleuterklas wel worden voorbereid op de Cito-toetsen die gebaseerd zijn op getalbegrip in de hogere leerjaren. 
Dus eigenlijk zou ons advies aan CITO zijn dat zij hun CITO toets rekenen bij de kleuters zouden aanpassen, zodat deze meer toetst wat te maken heeft met getalbegrip.”  

Jeantine Geleijnse
PABO van de HvA onderwijs en opvoeding

UPvA studenten onderzoeken misconcepten en ontwerpen lesmateriaal voor W&T




In dit laatste opleidingsblok van onze eerstejaars UPvA studenten staan uiteraard weer leerkrachtvaardigheden met onderzoeksvaardigheden centraal.  Deze keer heeft Welmoet Damsma van de (Universitaire) Pabo de opdrachten voor onze ULP 5 (Universitaire Leraren Praktijk) ontworpen.
Het eerste doel is dat de studenten inzicht krijgen in het denken van kinderen op het gebied van wetenschap en techniek. Het tweede doel is dat de studenten effectief lesmateriaal leren ontwikkelen over een specifiek natuurwetenschappelijk concept.
De studenten krijgen informatie en inspiratie via de colleges van Welmoet en onze ULP-bijeenkomsten op donderdagochtend. De instituutsopleider en de academische opleider in school verbinden deze donderdagen de Engelse onderzoeksliteratuur over misconcepten (of “naïeve concepten” ) van kinderen op het gebied van wetenschap en techniek met de verschillende praktijken van lesgeven op de stagescholen.  
Studenten hebben van ons literatuur m.b.t. gespreksvaardigheden met kinderen gekregen en verwijzingen naar bronnen zoals de websites http://www.talentenkracht.nl en http://www.wtwijzer.nl. met o.a. de Leerlijn Onderzoeken en Ontdekkend Leren. Hoe gebruiken onze studenten deze theorie voor hun stagepraktijk? Wat doen ze praktisch?
-       Ze kiezen in tweetallen een bekend misconcept, interviewen daar kinderen over en nemen dat  op video op. Belangrijk voor het leren opzetten en uitvoeren van een open vraaggesprek met kinderen!
-       Deze interviews gebruiken ze voor een concrete beginsituatie voor het opzetten en uitvoeren van een lessenserie volgens de 7 stappen didactiek. Belangrijk om te oefenen met deze didactische werkvorm en om W&T-doelen te leren formuleren voor een bepaalde leeftijdsgroep kinderen.
-       De lessencyclus, met de doelen en een evaluatiemiddel presenteren onze studenten aan studenten van een andere opleidingsschool (Sirius) . Ze leren vragen om feedback om hun materiaal nog te kunnen bijstellen. Belangrijk om te leren inschatten of de doelen die je wilt bereiken ook met deze materialen en werkwijzen te bereiken zijn! 
-       De lessencyclus wordt met z’n tweeën uitgeprobeerd en studenten oefenen “participerend te observeren” tijdens de lessen.
De interviews, de lessencyclus, de resultaten en het eigen proces van onderzoek en ontwerp worden in een verslag geanalyseerd en weer verbonden met de literatuur. Op hun eigen rol wordt gereflecteerd.
Zo hebben we in dit proces samen ook een groot deel van de didactiek zelf ervaren: vanaf de confrontatie met de misconcepten, door verkenning, experimenteren en presenteren een conclusie trekken en dat weer presenteren in een verslag. Verdieping komt in de blokken 7 en 8 in het 2e jaar.

En oh ja, de studenten moeten ook nog op eigen niveau een essay schrijven over hun gekozen concept uit de lessencyclus. Dus niet op kindniveau maar op volwassen niveau! Ik zal ze graag lezen en als bron bewaren. Want als ik iets heb geleerd van deze ULP, dan is het wel dat mijn eigen kennis van Natuur en Techniek nog steeds heel wat misconcepten en preconcepten bevat!



Olga Roos 
Academische opleider in school

donderdag 7 april 2011

Conceptcartoons stimuleren onderzoekshouding

Binnen het profiel "onderzoekend en ontwerpend leren" werkt de opleidingsschool STAIJ samen met het lectoraat Wetenschap&Techniek van de Hogeschool van Amsterdam.  Uit die samenwerking is een mooie publicatie ontstaan over het gebruik van concept-cartoons bij kinderen op de basisschool. Nieuwsgierig? Lees het artikel.





woensdag 6 april 2011

Onderzoeksverslag


Twee leerlingen van de 8e Montessorischool Zeeburg hebben onderzoek gedaan met sensoren. Zij hebben sensoren en laptops van school mee naar huis genomen, omdat hun onderzoek op school niet uitvoerbaar was. Hieronder hun verslag. 

Techniek

Kun je met suiker strooien als het glad is?

Wij zijn Lotte en Romeo uit groep 7A. We hebben proefjes met zout en suiker gedaan. Dit deden we om te kijken of je tegen gladheid in de winter ook met suiker kunt strooien in plaats van met zout.

We hebben in een diepvries zout water en zoet water bevroren. Dat water deden wij eerst in drinkpakjes. Daarna stopten we er een computerthermometer bij. Dan deden wij het in de diepvries.

Bij het vriespunt koelt het water niet verder af. De temperatuur blijft gelijk totdat al het water bevroren is in ijs. Daarna koelt het ijs verder af. Maar ijs koelt langzamer dan het water.  Kijk maar naar onze metingen in de eerste grafiek.

Je ziet dat water met meer zout bevriest bij steeds lagere temperatuur. Water met suiker bevriest ook pas bij lagere temperatuur dan water met niks erin.

En zolang het water niet bevriest, is het niet glad. Dus je kunt met suiker strooien tegen gladheid. Maar suiker werkt minder goed dan zout. En suiker is duurder. Bovendien worden de wegen dan wel heel lekker. En vriezen er misschien likkende kinderen en dieren vast aan de brug. Dat gebeurde zonder suiker ook al zelfs honderd jaar geleden. Lees maar in de Winschoter Courant van 29 januari 1895.

Uit de eerste grafiek hebben we de vriestemperaturen gehaald van zout water. In de tweede grafiek hebben we die vriestemperaturen uitgezet tegen de hoeveelheid zout. Nu weet je hoeveel zout je moet strooien als het vriest en er regen valt.



Wij hebben nu nieuwe vragen:
Hoe zou deze grafiek eruit zien voor suiker?
En kun je ook peper strooien tegen gladheid?
Misschien kun jij de antwoorden uitzoeken bij techniek.

Lotte & Romeo

Gaten


Gaten vind je overal. Gaten in je kleding. Gaten in je huis. Gaten in voorwerpen. Gaten in de natuur. Jonge kleuters "prutsen" graag in   gaatjes of door het peuteren ontstaan gaatjes. Ze zijn geboeid door allerlei gaten en gaatjes.Een gat wekt heel wat nieuwsgierigheid op. Kleuters maken graag gaatjes en steken ook graag dingen in gaatjes. Er zijn gaatjes die kinderen fascineren, gaatjes die gevaar kunnen opleveren, gaatjes die kinderen leuk vinden, gaatjes die lastig zijn zoals knoopsgaten. Deze tekst gebruikte  ik om de collega’s van de onderbouw van de JP Coen school tijdens de studiedag over Wetenschap en Techniek in contact te brengen met de uitdagende wereld van het onderwerp ‘gaatjes’. Het doel van het  thema is om kinderen te laten nadenken over het feit dat voorwerpen met gaten vaak gemaakt zijn met een duidelijk doel en ongemerkt te laten oefenen met classificeren, tellen en woordenschatontwikkeling. De grootte en hoeveelheid van gaten heeft consequenties en zorgen ervoor dat bepaalde dingen gebeuren of juist niet gebeuren. Natuurlijk praten we over welke mogelijk functies de voorwerpen hebben maar ook worden de kinderen uitgedaagd om groepen te maken en te sorteren. Welke categorieën zijn er te benoemen? Dit geeft echt stof tot nadenken want er zijn meerdere mogelijkheden: functie, kleur, materiaal, hoeveelheid gaatjes, van groot naar klein , van hard naar zacht en ga zo maar door. Als volwassene sta je ook te kijken van de hoeveelheid mogelijkheden. In de onderbouw van de JP Coen verzamelden de collega’s samen met de kinderen een grote hoeveelheid voorwerpen met gaatjes en deden enthousiast onderzoek naar alle toepassingen en mogelijkheden. Ook werd er geëxperimenteerd met een laken met gaatjes. Kinderen konden zo de klas in via een gat of bedachten zelf allerlei toepassingen. Een ogenschijnlijk simpel onderwerp bleek een wereld vol gesprek en vragen op te leveren.

René Onclin
Instituutsopleider wetenschap & techniek

donderdag 31 maart 2011

Even voorstellen...

Mijn naam is Iris Heersink-Broekhuizen en ik ben als project-medewerker aangesteld binnen Opleidingsschool STAIJ. Daarnaast ben ik als medewerker Werkplekleren op de Pabo HvA betrokken bij het optimaliseren en vernieuwen van processen die betrekking hebben op het werkplekleren.
Met de start van het nieuwe schooljaar wordt er een nieuw Studenten Informatie Systeem (SIS) in gebruik genomen. SIS is vergelijkbaar met een leerlingvolgsysteem en zal HvA breed ingezet worden.  Hierin zullen alle gegevens die bekend zijn van een student vanuit de verschillende afdelingen (o.a. studentenzaken en cijferadministratie) op één plek worden geregistreerd zodat de laatste stand van zaken rondom een student voor iedereen inzichtelijk wordt. Dit leidt hopelijk tot minder ruis in de communicatie. SIS zal ook gekoppeld worden aan het nieuwe stagesysteem zodat wij bijvoorbeeld eerder weten wanneer een student zich heeft uitgeschreven voor de opleiding en dus geen stageplaats meer nodig heeft.

Ook leuk om te weten….
Met ingang van het nieuwe studiejaar zullen alle Pabo HvA studenten weer te vinden zijn in en rondom het gerenoveerde Kohnstammhuis, dat onderdeel is van de Amstelcampus. Ben je benieuwd hoe dat er uit gaat zien? Neem dan gerust een kijkje op www.amstelcampus.com .
Terug naar het bruisende centrum van Amsterdam!

Iris Heersink-Broekhuizen
project-medewerker

maandag 28 maart 2011

STAIJ levert twee vindplaatsscholen Wetenschap en Techniek

 
Ik laat graag weten dat zowel de 5e Montessorischool als de 8e Montessorischool worden voorgedragen aan het platform BETA-TECHNIEK als vindplaatsschool in een nieuw onderwijsstimuleringstraject "Ruimte voor talent".
Het project "Ruimte voor talent" zal lopen tot 2016. Dat wij nu in dat project een belangrijke positie innemen met twee scholen die kwalitatief herkend zijn als voorlopers op het gebied van "Wetenschap en Techniek" en "Onderzoekend en Ontwerpend leren", is grote winst voor STAIJ.
Het betekent:
  • Borging van activiteiten gestart in ons Excellentie-programma-basisonderwijs
  • Verdere verdieping van het profiel van de Opleidingsschool STAIJ "onderzoekend en ontwerpend leren".
  • Uitbouw van onze interne scholingsrichting; het  koppelen van vindplaatsscholen aan netwerkscholen.
  • Vanuit het profiel van de opleidingsschool een impuls op schoolontwikkeling in ons eigen netwerk.
  • Op korte termijn voor deze twee vindplaastscholen een financíële impuls voor hun eigen school ontwikkeling en ook een impuls om een netwerkstructuur binnen STAIJ in gang te zetten.
  • Op de langere termijn een financiële impuls voor de netwerkscholen rondom de twee vindplaatsscholen.
Het is nu even afwachten welke strategische beslissingen er voor de lange termijn genomen gaan worden en welke middelen daarbij beschikbaar worden gesteld. Dat zal voor een deel bepalen hoe wij ons netwerk kunnen gaan inrichten. Het idee is rondom elke vindplaatsschool 4 netwerkscholen te laten aanhaken. De regie op dat wat ontwikkeld wordt, ligt bij de vindplaatsschool, netwerk scholen haken aan omdat zij opgedane expertise kunnen benutten binnen hun eigen ontwikkelperspectief.
Willem Plomp
Hoofd opleidingen STAIJ

STAIJ scholen leveren kwaliteit!!

De afgelopen weken heeft onze beleidsmedewerker kwaliteitszorg van alle scholen de CITO-rapportage ontvangen. Uitstekend nieuws is dat de scores in het algemeen hoger liggen dan de voorgaande jaren en dat geen enkele school onder het landelijk gemiddelde zit! 
Dit is een mooi beeld waar we met de stichting trots op mogen zijn!

Willem Plomp
Hoofd opleidingen STAIJ

woensdag 23 maart 2011

UPvA studenten ontwerpen nieuw observatie-instrument

Bij onze eerstejaars UPvA studenten staat in een opleidingsblok een leerkrachtvaardigheid en een onderzoeksvaardigheid centraal. Dit vierde opleidingsblok gaat over Realistisch Rekenen. De studenten krijgen les en literatuur over de vijf kenmerken van realistisch rekenen en oefenen voor hun tentamens en eigen vaardigheid. Ze passen lessen uit methoden aan of ontwerpen eigen lessen en reflecteren dan met behulp van hun stagementoren, opleiders en elkaar op die al of niet gegeven lessen in hun stageklas.


Daarnaast hebben ze met elkaar een observatie-instrument ontworpen. In koppels werden eerst per uitgangspunt van realistisch rekenen observatie-items bedacht. Met de hele groep werd gekozen voor de beste formuleringen en items. Dit proces: van uitgangspunt... naar leerkrachtgedrag... naar observeerbaar  leerkrachtgedrag... naar observatie-item met uitleg heeft geleid tot een observatie-instrument dat antwoord geeft op de vraag: “ In hoeverre voldoet deze les aan de kenmerken van realistisch rekenen?”

Bijvoorbeeld:
Uitgangspunten realistisch rekenen
Leerkracht gedrag
Observeerbaar
Leerkrachtgedrag
Observatie item
Verklaring/uitleg

Aspect 3:
Ruimte voor eigen inbreng van leerlingen

De leerkracht stimuleert het bedenken van eigen oplossingsstrategieën.

De leerkracht geeft leerlingen de gelegenheid eerst zelf oplossingen te bedenken.
De leerkracht biedt bij de introductie van de som geen oplossingsstrategie aan.
Een dergelijke introductie van een som kan gedurende de hele les aanbod komen. Het is dus niet per definitie de introductie van de les.

Daarna moest er natuurlijk gekeken worden of het instrument betrouwbaar was.
De “interbeoordeaarsbetrouwbaarheid” werd bekeken door alle studenten een rekenles op video te laten scoren en de antwoorden te vergelijken. Soms moest er dan een formulering worden aangepast.
Het observatie-intrument wordt nu op verschillende manieren in de stage gebruikt. Studenten gebruiken het om bewuster rekenlessen voor te bereiden. Mentoren en studenten observeren elkaar om feedback te geven en te reflecteren.
Zo puzzelen we samen verder aan mooi onderwijs...
Reageer op dit blog als je interesse hebt in het gehele observatie-instrument!

Olga Roos 
Academische opleider in school bij STAIJ

woensdag 16 maart 2011

Spelen in de zandbak

Woensdag 9 maart  naar de Wetenschapsacademie “Ontdek de wetenschapper in je….”, georganiseerd door het Wetenschapsknooppunt Utrecht en het Freudenthal Instituut.
Wetenschapsknooppunten zijn ingesteld om talenten van leerlingen in het basisonderwijs te ontdekken en te ontwikkelen en universiteiten, hogescholen, het voortgezet onderwijs en het basisonderwijs duurzaam met elkaar te verbinden.
Ik ga er heen om nieuwe ideeën op te doen en om te netwerken.

In de sprankelende hoofdlezing van Dr. Maarten Kleinhans (Trekken aan de staart van een leeuw: leren en motiveren door experimenteren) laat hij met voorbeelden zien dat het maar de vraag is of met overdracht van informatie ook begrip wordt overgedragen dat kinderen in andere contexten kunnen toepassen. Door te trekken aan de staart van de leeuw leer je andere dingen over die leeuw dan door er alleen maar naar te kijken….
Na de lezing met nog zo’n 15 andere nieuwsgierigen o.l.v. Maarten Kleinhans afgedaald naar de kelders van de faculteit Geowetenschappen. In een grote zandbak met stromend water konden wij zien welke fenomenen ontstaan in rivieren en delta’s. En zelf de effecten onderzoeken van rivierkundige ingrepen, zoals dijken en dammen. Spelen met zand en water, het blijft leuk. 

Anke van der Veen
Opleider in school W&T